Hoofdstuk 12

De Truukendoos

Na alle mogelijke voorbeelden en tabellen eens iets wat enkel de operators van de plooimachine zal interesseren, kleine tips om soms grote problemen op te lossen waar zij alleen mee geconfronteerd worden. Elke operator zal wel al een werkstuk voorgeschoteld gekregen hebben dat door zijn voorbewerkingen en materiaal reeds uitermate prijzig is. Murpheys Law indachtig zal hier nu juist, ondanks alle voorbereiding de zaak fout lopen. Meestal is het exacte proef materiaal niet voorradig en dient men met alternatieven de proefplooien uit te voeren.
Resultaat is een iets te diep geplooid werkstuk, wat nu?

Ervaren operators kunnen met leder of rubber hamers de gewraakte plooi terug brengen door op de buiten zijde te hameren en aan de binnen zijde een stuk afgerond metaal of hardhout te houden. Dit lukt bij kleine correcties meestal wel, vanaf 3° wordt het problematisch, beschadigingen zijn moeilijk uit te sluiten en daarom is volgende oplossing eleganter. Eerst en vooral gaan we aan ons standaard gereedschap enkele hulpstukken toevoegen, een voor het doorzetmes, een voor het scherpe, een envelop in 3 mm plaat die perfect op ons mes aansluit en die de straal van ons plooimes met 3 mm zal vergroten. We maken best verschillen de lengten klaar, een van de ganse lengte en een aantal waar we stukken van gepaste lengte kunnen afzagen. Een kleine moeite als we toch aan het plooien zijn.



Fig. 12.0 geeft de beklede messen weer.
Een tweede benodigd stuk is een plat (blank nagetrokken) van 8 of 10 mm best even lang als de plooibank.
We stellen de bank zo in dat ze in haar laagste stand minstens 20 mm boven de V-blok staat, we schuiven een aan de lengte van het gebruikte mes aangepaste envelop over het plooimes, brengen de te diep geplooide plaat onder het mes en laten het langzaam zakken.
Na enkele diepte bijstellingen zal de envelop de binnen zijde raken en een iets diepere instelling zal de plooi perfect terug drukken zonder de plaat te schenden.
Indien er geen plastiekfolie op het werkstuk zit kan men gerust enkele plastiek vuilnis zakken over het plat leggen.



Fig. 12.1 toont het raakpunt en de teruggedrukte plaat, merk de raakpunten van de envelop, deze liggen dicht tegen de vervormde zone en vermijden zo ander vervormingen.
Grotere rondingen kunnen bij zachte materialen wel daar eens voor zorgen. Het is zeker aan te raden alle veiligheidsregels in het oog te houden en zeker omzichtig te werk te gaan, een plooibank is en blijft een gevaarlijke machine.

Een tweede toepassing van onze omslag of envelop is het doorzetten van een plaat.
Soms zijn we verplicht, we werken met standaard messen, om een zekere plooi te verwezenlijken, deze eerst door te zetten onder een kleine hoek en na de gepaste plooien de plaat terug te drukken. Wanneer we het doorzetten met de normale messen uitvoeren zal na het terugdrukken steeds een merklijn te zien zijn, doen we de doorzetting met de envelop dan is deze merklijn veel minder uitgesproken.

 


Fig.12.2 toont het verschil voor en na het terug drukken met standaardmes, Fig.12.3 met envelop.
Het terugdrukken kan ook voor problemen zorgen, veelal krijgen we de plaat niet terug 100% plat.
Leg op plooiblok een strip papier of heel dunne plastiek folie, de resultaten zijn verbazend.
Let er wel op dat er niets dubbel ligt dit is altijd zichtbaar in de plaat.
Bij het plooien van harde plaat (roest vrij staal) kan het wel eens voorkomen dat de buitenzijden perfect haaks staan maar te midden enkele graden te weinig, geen probleem, bij een boven op liggende V-blok , die kan door middel van onder liggende kaartjes aangepast worden, bij de automatisch gecenterde onderblok wordt dit moeilijk, soms is er wel regeling voorzien maar wat indien niet.
Dunne plastiek folie stelselmatig verdeelt volgens de bereiken aanpassing kan soulaas brengen, wel dient na elke plooi de plastiek iets te worden doorgeschoven om steeds hetzelfde resultaat te bekomen. Merk wel op dat de folie geplet is maar niet gescheurd.

Soms loopt de plooilijn naar een hoek toe, dit houd in dat vanaf het punt waar de zijlijnen van de plaat de plooi V raken ze geen tegendruk meer krijgen en dus ook niet meer zullen meeplooien. Wanneer we op een beugel plooibank werken zal het toch nog iets gevormd zijn maar steeds merkbaar.
Plooien in rubber of Eladip kan een oplossing zijn maar vergt een grondige kennis van deze zaak en speciale opstellingen, wel mogelijk voor seriewerk met wel deze opmerking, de kleine insnijdingen in de rubber, gevolg van de hoge drukken in die uiteinden, kunnen een gevaar opleveren voor de plooimessen, hun klem inrichting kan heel zwaar belast worden en wegspringende messen kunnen grote gevolgen hebben. De oplossing ligt er in, voldoende materiaal te voorzien voor de plooi en later na het plooien terug te verwijderen. (Zagen, knippen, frezen). Fig. 12.4 toont ons een voorbeeld.



De volle lijnen duiden het te plooien werkstuk aan. De stippellijnen de plooi V. De puntlijn het bijgevoegd, na plooien te verwijderen deel.

Alhoewel de praktijk mensen nog veel van deze truuken in voorraad hebben zijn niet altijd de ontwerpers op de hoogte van hun mogelijkheden, informeren is dus hier ook de boodschap.

Nog veel plezier met de moeilijkste realisaties.
Succes.